woensdag 22 mei 2019

Parlementsverkiezingen 2019

“De meest radicaal-linkse kandidaat op welke lijst dan ook!”



Bij de verkiezingen op 26 mei ben ik, Peter Veltmans, opnieuw kandidaat. Je kan me vinden als 6de opvolger op de PVDA-lijst voor het federale parlement in de provincie Antwerpen. Op die plaats sta ik als verruimingskandidaat van SAP – Antikapitalisten. Samen met kameraden en vrienden verdelen we een bescheiden folder met inhoudelijke standpunten en een affiche. Tijdens de campagne mocht ik al veel bemoedigende woorden horen (wat mij en mijn kameraden uiteraard plezier doet). Soms zijn er echter ook vragen, al dan niet met gefronste wenkbrauwen. Dat was bijvoorbeeld het geval na de publicatie in de krant De Standaard van een groot artikel, waarin werd opgemerkt dat de PVDA in haar campagne niet meer spreekt over de klassenstrijd. Jij bent toch een radicale antikapitalist? Wat sta je dan te doen op een PVDA-lijst met een al bij al gematigd programma? Hieronder een poging om op dergelijke vragen te antwoorden.

Politiek akkoord

Begin dit jaar werd er een politiek akkoord gesloten tussen nationale verantwoordelijken van de PVDA en van SAP – Antikapitalisten. Krachtens dit akkoord kon SAP – Antikapitalisten kandidaten voordragen voor de lijsten van de PVDA in Vlaanderen. Het gaat daarbij om verruimingskandidaten. Dat betekent dat deze kandidaten hun eigen campagne voeren, met eigen materiaal en – uiteraard – ook met eigen, inhoudelijke voorstellen.

Antikapitalistische opvattingen

Dat is dus de reden waarom ik in de provincie Antwerpen opkom als verruimingskandidaat op de PVDA-lijst voor het federale parlement, met een eigen programma. Dit programma is opgebouwd vanuit antikapitalistische opvattingen. In die zin gaat het (soms veel) verder dan het programma dat de PVDA zelf verdedigt in deze campagne. Het is daarom dat de Antwerpse vrije zender Radio Centraal mij recent vernoemde als "de meest radicaal-linkse kandidaat op welke lijst dan ook". Maar hoe ziet dat programma er precies uit? En wat maakt het dan zo ‘radicaal’?

Een beter leven voor iedereen


Het programma dat ik verdedig is opgebouwd uit meerdere lagen of treden. Het vertrekt van de laag of trede van de directe, persoonsgebonden belangen van de werkende mensen. Dat zijn om zo te zeggen de onmiddellijke eisen, die er op gericht zijn een beter leven te bekomen voor iedereen. Denk daarbij aan arbeidsduurverkorting, gelijk loon voor gelijk werk, het schrappen van de wet op de loonblokkering, het instellen van een minimumloon van 14 € bruto per uur, een minimaal pensioen van 1500 € netto per maand en het schrappen van de verhoging naar 67 jaar van de pensioenleeftijd.

Meer sociale zekerheid

Vervolgens gaan we een trapje hoger, naar de meer collectieve belangen van de werkende bevolking. Die collectieve belangen hangen meer bepaald samen met de sociale zekerheid en de openbare diensten. Een centrale kwestie is bijvoorbeeld de onderfinanciering van de sociale zekerheid. Die onderfinanciering is met name het gevolg van de tsunami aan cadeaus die de patroons de afgelopen jaren mochten ontvangen onder de vorm van zogenaamde ‘lastenverlagingen’. De patroons doen het voorkomen alsof die patronale lasten (die zij moeten doorstorten naar de sociale zekerheid) een soort van belasting zijn, die zij zelf moeten ophoesten. Dat is echter niet het geval. De ‘patronale lasten’ vormen eigenlijk een deel van het loon van de werknemers; een gecollectiviseerd loon, zeg maar. Dankzij de aan de patroons toegekende lastenverlagingen wordt dat deel van het arbeidsloon niet meer uitgekeerd aan de sociale zekerheid. De patroons steken dat deel van het loon van hun werknemers gewoon… in eigen zak! Eigenlijk gaat het om pure diefstal. Niet alleen zorgt dit voor dalende inkomsten voor de sociale zekerheid (en daarmee ook voor nieuwe besparingen en aanvallen op werklozen, zieken en gepensioneerden). Het zorgt er vooral voor dat de winsten van de bedrijven en aandeelhouders erdoor verhoogd worden, ten nadele van de werknemers. De (liberale) econoom Paul De Grauwe noemt dit dan ook terecht: een verdere herverdeling ten voordele van de kapitaalbezitters.

Investeren in betere openbare diensten

Maar er is meer. Want tegelijk is er een wereldwijde race to the bottom aan de gang op het vlak van de belastingen aan de overheid die bedrijven moeten betalen onder de vorm van vennootschapsbelastingen. Overal worden die vennootschapsbelastingen verlaagd. Ook in België moeten bedrijven niet langer + 34% vennootschapsbelasting betalen, maar slechts 18%. Een voornemen dat overigens niet eens voorkwam in het regeerprogramma! Officieel zou deze verlaging budgetneutraal zijn, enerzijds door het schrappen van allerlei fiscale gunstregimes en anderzijds door het efficiënter maken van de openbare diensten. Van het schrappen van fiscale gunstregimes is niet veel in huis gekomen. Het efficiënter maken van de openbare diensten betekende dan weer vooral het doorvoeren van besparingen. Dat is de ware reden waarom zoveel openbare diensten steeds minder goed zijn in het verzekeren van hun dienstverlening. Als er slecht openbaar vervoer is, dan komt dat vooral door de eindeloze reeks besparingen die doorgevoerd werden bij De Lijn en bij het spoor. Als gedetineerden in mensonwaardige omstandigheden worden gevangen gehouden, dan is dat niet de schuld van stakende cipiers, maar wel van de aanhoudende besparingen. We moeten dan ook precies het omgekeerde doen: de verlaging van de vennootschapsbelasting ongedaan maken en opnieuw massaal investeren in de openbare diensten.

Versterk de democratie


De derde laag of trede van mijn programma betreft de democratische rechten en vrijheden. Deze staan overal in de wereld onder druk – onder meer ten gevolge van autoritaire ‘illiberale’ leiders als Poetin in Rusland, Duterte in de Filipijnen, Orban in Hongarije, Kacscinsky in Polen en Trump in Amerika. Ook in België staan de vrijheden onder druk. De Liberalen (?) van OpenVLD willen bijvoorbeeld een voorwoord (‘preambule’) toevoegen aan de Grondwet. Zogenaamd om meer nadruk te kunnen leggen op ‘onze’ ‘normen en waarden’. In werkelijkheid willen ze vooral de grondwettelijk gewaarborgde vrijheid van godsdienst en van godsdienstbeleving (!) beperken. Ze spelen daarmee in op de ongemakkelijke houding van sommige lagen van de publieke opinie ten aanzien van de Islam. Tegelijk versterken ze zo de aanhoudende islamofobe campagnes van rechts en uiterst-rechts. Vooral echter vergeten deze ‘liberalen’ dat de vrijheid van meningsuiting letterlijk voortgekomen is uit de bescherming van de vrijheid van godsdienstbeleving. Precies in de Lage Landen (waaronder ook België), met een lange en bloedige geschiedenis van godsdienstoorlogen, zouden we ons daar maar beter goed bewust van zijn.

Bescherm de vrijheden

Andere uitingen van de druk die uitgeoefend wordt op democratische rechten en vrijheden zijn het verplicht doen opnemen van een vingerafdruk op de identiteitskaart, het mogelijk maken van niet vooraf door een rechter toegestane huiszoekingen, het systematisch organiseren van razzia’s in een  klopjacht op mensen zonder papieren en het opleggen van kledingvoorschriften aan personeelsleden van openbare diensten. Tegelijk blijven de verkozenen des volks in veel gevallen zo goed als onaantastbaar. Als zij zich niet houden aan het programma waarop ze verkozen werden, kunnen ze ongestoord verder genieten van hun niet onaanzienlijke voordelen. In het programma dat ik verdedig wordt bepleit de aanvallen op de democratische rechten en vrijheden ongedaan te maken en/of te blokkeren en tegelijk ook om een afzetbaarheidsprocedure in te voeren voor verkozenen die zich niet houden aan hun eigen beloften.

Red het klimaat

De vierde laag of trede in mijn programma draait rond de uitdaging van de ecologische en klimaatcrisis.  In de eerste plaats dient de productie van nutteloze en schadelijke producten – in de eerste plaats de productie van wapens! – verboden te worden. Ook het bewust produceren van te snel verslijtbare goederen dient verboden te worden. Daarnaast is het duidelijk dat woningen en gebouwen zoveel en zo goed mogelijk geïsoleerd moeten worden, zodat het energieverbruik ervan drastisch kan dalen. Het kan echter niet zo zijn dat de bewoners en/f de gebruikers van gebouwen zelf moeten opdraaien voor de kosten ervan! Evenmin mag dit een zoveelste melkkoe worden voor private bedrijven. Daarom stel ik voor dat er openbare bedrijven worden opgericht voor isolatie en renovatie van woningen en gebouwen. Dankzij de hierboven vermelde herfinanciering van de openbare diensten kan er eindelijk ook gewerkt worden aan de uitbouw van degelijk en gratis openbaar vervoer, zodat de verkeerscongestie en de ermee samenhangende luchtvervuiling kan verminderd worden. De samenleving kan niet verder blijven teren op fossiele brandstoffen. Deze energieomslag overlaten aan de mechanismen van de zogenaamde ‘vrije’ markt zal ons daarbij niet helpen. Er moet integendeel worden ingezet op een snelle, planmatige overgang naar 100% hernieuwbare energie. Daartoe moeten we niet meer inzetten op levensgevaarlijke kerncentrales, maar wel op de onteigening en socialisering van de energiesector.

Voor een krachtig verzet

Dit programma zal nooit verwerkelijkt kunnen worden door louter te rekenen op gunstige verkiezingsuitslagen. Daarvoor zijn de machten en krachten die het vandaag voor het zeggen hebben veel te machtig. Er is dan ook nood aan een machtige strijdbeweging om op te komen voor deze eisen. In de opbouw van zo’n strijdbeweging vertrekken we wel niet van nul. Klimaatbetogers, asielzoekers, mensen zonder papieren, feministen en vakbonden vormen elk op zich gemobiliseerde groepen van solidaire mensen. Het komt erop aan hen te verenigen! Daarom bepleit de vijfde laag of trede in mijn programma het samenbrengen van de uiteenlopende strijdbewegingen doorheen een enkel, antikapitalistisch actieplan. De motor voor zo’n antikapitalistisch actieplan is op zich ook reeds voorhanden. Die motor bestaat uit de verschillende radicaal-linkse organisaties die ons land rijk is, met de PVDA voorop. Er is echter meer – veel meer! – samenwerking en ook onderling debat nodig om deze linkse eenheid vorm, samenhang en geloofwaardigheid te geven. Dit lijkt misschien voor de hand liggend. Helaas moet de blijvende wil tot linkse eenheid en samenwerking  toch uitgedrukt en onderstreept worden. Zo werd spijtig genoeg – ondanks het akkoord tussen PVDA en SAP – Antikapitalisten! – de kandidatuur van mijn vriend en medestander Thomas Weyts voor de Oost-Vlaamse parlementslijst door de lokale PVDA niet aanvaard. Helaas zijn er dus blijkbaar her en der nog steeds overblijfselen van kortzichtig sektarisme en/of stalinisme aanwezig. Hopelijk gaat het daarbij enkel om een accident de parcours, dat zich in de toekomst niet meer zal herhalen. Want het is overduidelijk niet op zo'n manier dat de belangen van de werkende klasse in haar geheel het best gediend worden! Het mag verder ook duidelijk zijn dat het verwezenlijken van duidelijke, antikapitalistische eisen absoluut onmogelijk is door in te treden in coalities met neoliberale, pro-kapitalistische partijen. Dergelijke coalities (zoals momenteel in de stad Antwerpen) moeten volstrekt verworpen worden!

Haal het geld waar het zit


Het mag duidelijk zijn dat het verwezenlijken van dit programma geld gaat kosten. De vraag is dan ook waar dat geld gehaald gaat worden. Op dat vlak zijn er eerst en vooral een paar belangrijke beslissingen die moeten afgedwongen worden. Denk maar aan het volledig afschaffen van het bankgeheim en de invoering van een vermogenskadaster. Dankzij die beide maatregelen zouden we eindelijk zicht kunnen krijgen op de veelal verborgen vermogens van de allerrijksten. Vervolgens kunnen we beginnen aan het afbouwen en/of afschaffen van de zogenaamde ‘regressieve belastingen’. Dat zijn belastingen met een gelijk percentage voor iedereen, terwijl de inkomens echter niet voor iedereen gelijk zijn. Denk aan boetes, maar vooral ook aan de BTW en de accijnzen. Om sociale redenen dient alvast de BTW op energie opnieuw verlaagt te worden van 21% naar 6%. Maar dat mag maar een eerste stap zijn. De BTW en alle andere regressieve belastingen dienen simpelweg afgeschaft te worden. In de plaats daarvan moet er een versterkte progressieve belasting worden doorgevoerd op de gezamenlijke en reële inkomsten. Dat zou betekenen dat wie rijk is ook echt meer bijdraagt, zodat de sterkste schouders ook daadwerkelijk de zwaarste lasten dragen. Voor de lagere inkomens zou dit een serieuze belastingverlaging met zich mee brengen.

Doorlichting van de overheidsschuld

Ondanks al deze maatregelen zal er echter nog steeds een molensteen rond de nek van de samenleving blijven hangen: de molensteen van de overheidsschuld. Om daaraan te verhelpen stel ik voor die overheidsschuld van naderbij te bekijken. Hoe zijn deze schulden er gekomen? Wie was ervoor verantwoordelijk? Wie heeft er baat bij gehad? Ik bepleit dus een doorlichting van de overheidsschuld. Het is mijn overtuiging dat al heel snel zal blijken dat grote delen van deze overheidsschuld er gekomen zijn om grote kapitaalgroepen en holdings ter hulp te schieten met gemeenschapsgeld. Dat is zeker en vast gebeurd ten tijde van de financiële crisis in 2007-2008. De banken werden toen gered met gemeenschapsgeld, zonder dat de er ook maar één verantwoordelijke voor zijn speculatieve winstzucht naar de gevangenis moest. Maar er is meer. Want ook in de jaren 1970-1980 werden de winsten van de eigenaars van steenkoolmijnen, staalfabrieken en scheepsbouwbedrijven veiliggesteld op kosten van de gemeenschap. De zogenaamde ‘sanering’ van deze ‘nationale sectoren’ gebeurde dan ook met geleend geld. De schulden die op die manier werden opgebouwd, kwamen dus niet de samenleving, maar wel de kapitaalbezitters ten goede. Daarom gaat met om niet-legitieme schulden. Dergelijke schulden dienen geschrapt te worden.

Een antikapitalistische crisisbelasting

Ten tweede is het zo dat de meest kapitaalkrachtige inwoners van België tientallen jaren lang ongestraft hebben kunnen profiteren van dit verwerpelijk systeem. Het komt er op aan hen de rekening te presenteren. Dat kan door het invoeren van wat wezenlijk een  onteigeningsbelasting is: een eenmalige, antikapitalistische, progressieve belasting op het vermogen van de 10% allerrijkste inwoners van België. Dergelijke belasting kan in een klap 178 miljard euro opbrengen. Met die opbrengst kan de resterende overheidsschuld afgekocht worden en kunnen de talrijke sociale noden en verzuchtingen, zoals die hierboven werden opgesomd, worden ingelost.

Geef een voorkeurstem

Om al deze redenen is het programma, dat ik als verruimingskandidaat van SAP – Antikapitalisten verdedig, dan ook inderdaad het meest radicaal-linkse programma van welke kandidaat dan ook.
Daarvoor vraag ik uw steun. Geef een voorkeursstem voor Peter Veltmans, zesde opvolger op de PVDA-lijst voor de federale kamer in de provincie Antwerpen. Waarvoor mijn dank.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten